Details

Proefschrift titel Non-punishable assistance in intentionally ending one’s own life outside the Termination of life on request and assisted suicide review procedures Act
Datum-starttijd
Locatie Aula
Promotor prof.dr. B.D. Onwuteaka-Philipsen
Co-promotor dr. H.R.W. Pasman
Promotor prof.dr. B.D. Onwuteaka-Philipsen Co-promotor dr. H.R.W. Pasman
Proefschrift Hulp bij zelfdoding is strafbaar gesteld in artikel 294 van het Nederlandse Wetboek van Strafrecht. Uitzonderingen hierop zijn hulp bij zelfdoding door een arts onder de Wet Toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding (Wtlh) en hulp die zich beperkt tot het voeren van gesprekken, het bieden van morele steun en het verstrekken van algemene informatie. Mensen kunnen op zoek zijn naar niet-strafbare hulp bij zelfdoding door een recht-op-waardig-sterven vereniging, omdat ze aan hun huidige lijden willen ontsnappen of als geruststelling om lijden in de toekomst te voorkomen. Enerzijds ten gevolge van het belang hechten aan autonomie, zelfbeschikking, onafhankelijkheid en het nemen van eigen verantwoordelijkheid. Anderzijds ten gevolge van ontevredenheid over de communicatie tussen arts en patiënt, vooral over een verzoek om stervenshulp onder de Wtlh. Het leidt ertoe dat de arts vaak niet betrokken is bij de niet-strafbare hulp bij zelfdoding die recht-op-waardig-sterven organisaties bieden. Terwijl mensen wel vaak een voorkeur hebben voor stervenshulp van een arts vanwege de betrouwbare, veilige en zekere uitvoering van het sterven onder de Wtlh. En dat naasten aanwezig kunnen zijn zonder juridische problemen. Hagens stelt voor om (1) het evaluatieonderzoek van de Wtlh uit te breiden met onderzoek naar niet-strafbare hulp bij zelfdoding buiten de Wtlh door artsen en (2) dit onderzoek aan te vullen met onderzoek onder betrokkenen (zoals naasten en recht-op-waardig-sterven verenigingen) om informatie te verkrijgen over niet-medische besluitvorming rondom het levenseinde. Met die kennis kan de zorg verbeterd worden om te voorkomen dat mensen hun leven willen beëindigen. Door de suïcidepreventie en de “zero-suicide” benadering – gericht op het verminderen van eenzame en wanhopige zelfdodingen – aan te vullen met de suïcidepogingenpreventie vanuit een “harm-reduction” filosofie. Om zo ruimte te bieden voor weloverwogen zelfdodingen in openheid naar anderen.