Na bijna vijf jaar in Londen keert Marcel Levi terug naar Amsterdam UMC; voor één dag in de week op zijn oude nest, maar vooral om leiding te gaan geven aan de nationale onderzoeksfinancier NWO. “De mooiste baan van Europa kan je alleen maar verlaten om iets héél anders te gaan doen.”

Het was zo’n typisch ‘offer you can’t refuse’, dat de Londense ziekenhuisdirecteur Marcel Levi al na viereneenhalf jaar weer terug lokte naar Nederland. “Ik was met een contract voor onbepaalde tijd naar de University College London Hospitals vertrokken. Het was ook zeker niet mijn intentie om na minder dan vijf jaar alweer te vertrekken, maar enkele grote opdrachten waren iets eerder klaar dan gepland. En toen kwam, misschien net iets te vroeg, dat verzoek van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek, NWO, of ik daar voorzitter wilde worden. Ik liet in Nederland destijds de mooiste baan van het land achter. Nu ik de mooiste baan van Europa achterlaat, kan dat dus alleen maar als ik de laatste tien jaar voor mijn pensioen iets heel anders ga doen”, aldus Levi.

Marcel Levi. Foto: Jeroen Oerlemans
Marcel Levi. Foto: Jeroen Oerlemans

Dokter-voor-één-dag

Internist Levi zegt de geneeskunde niet helemaal vaarwel. Voor één dag in de week wordt hij hoogleraar Geneeskunde aan de Faculteit der Geneeskunde van de Universiteit van Amsterdam. Ook zal hij zijn werk als clinicus weer oppakken in het ziekenhuis waar hij van 2010 tot 2017 voorzitter was van de Raad van Bestuur. “Op de eerste plaats wilde ik dat doen omdat het nuttig en zeker ook leuk is om actief te blijven in de kliniek. De dynamiek van de patiëntenzorg, de diensten, ik kon dat niet definitief vaarwelzeggen. NWO vond dat gelukkig geen probleem. Bovendien was Saskia Middeldorp net uit Amsterdam UMC vertrokken naar Nijmegen als hoogleraar Interne geneeskunde, dus was op die plek toevallig ook wat behoefte aan versterking. Er lopen in Amsterdam bovendien nog steeds enkele onderzoekslijnen op het gebied van onder andere bloedstolling, trombose en infectieziekten, die ik weer zal oppakken”, aldus Levi.

Veranderkracht

Eén van de grote opdrachten waarvoor hij naar Londen werd gehaald, was het versterken van de banden tussen de universiteit en de ziekenhuizen. “Daar zijn we zeker in geslaagd”, zo blikt hij terug. Zijn Londense jaren zijn verder zonder twijfel gekleurd door het laatste jaar: het eerste jaar van de covid-19 pandemie. “Wat ik daar vooral van heb geleerd is hoe sterk de veranderkracht in de zorg zelf is. Als je iets wilt veranderen in de zorg, laat dat dan alsjeblieft over aan de mensen op de werkvloer. De enorme aanpassingen in de organisatie van de zorg, die nodig waren om covid het hoofd te bieden, kwamen tot stand zonder dat daar ellenlange powerpointsessies aan te pas kwamen. Niet de overheid, niet de verzekeraars, maar de verpleging en de dokters, díe kunnen zorgen dat de zorg slagvaardig verandert als dat nodig is.”

Thuiskomen

Levi ervoer ook hoe goed we het in Nederland hebben. “Begrijp me goed, het is bepaald geen straf om in Londen wonen, zeker niet als je een baan en inkomen hebt. Het is een enorm dynamische, internationale stad. Maar soms heb je wat afstand nodig om bepaalde zaken, zowel positief als negatief, scherper te zien. Ik denk dat we het in Nederland als samenleving behoorlijk goed hebben georganiseerd. Op sociaal gebied en ook op het gebied van de publieke infrastructuren. Wat dat betreft vind ik het heerlijk om weer ‘thuis’ te komen.”

Toegepast én fundamenteel

Leidinggeven aan het overheidsorgaan dat het wetenschappelijk onderzoek financiert, lijkt in eerste instantie iets compleet anders dan een ziekenhuis besturen. “De grote overeenkomst zit natuurlijk in de wetenschap”, benadrukt Levi. “Ik was eerder al voorzitter van ZonMw, de evenknie van NWO die het zorgonderzoek financiert. Maar de volle breedte van het wetenschappelijk onderzoek trekt mij ook.”

In de Strategische Agenda van NWO tot 2022 staat omschreven hoe de organisatie ‘onderzoek met wetenschappelijke en maatschappelijke impact’ wil stimuleren. “Dat betekent niet dat we alleen maar oog zullen hebben voor toegepast onderzoek”, benadrukt de nieuwe voorzitter. “Sowieso vind ik de tegenstelling tussen toegepast en fundamenteel onderzoek vaak een schijntegenstelling. Fundamenteel onderzoek is vroeg of laat een keer toepasbaar. Wat niet betekent dat je fundamentele wetenschappers geen vragen mag stellen over de toepasbaarheid van hun werk. Mensen als Ineke Sluiter, de president van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, laten als geen ander zien dat je – in haar geval – Griekse literatuur en letterkunde prima kunt verbinden aan de huidige migratieproblematiek. Als NWO moet je wetenschappers stimuleren om die toepasbaarheid van het onderzoek altijd in het achterhoofd te houden. Als de enige motivatie is dat mensen onderzoek willen doen omdat ze zo nieuwsgierig zijn en het ‘leuk’ vinden, dan noem je dat ‘hobby’. Daar hoeft de Nederlandse belastingbetaler niet voor op te draaien. Maar een goede wetenschapper kan zelfs bij de studie van Middeleeuws toneel duidelijk maken welke maatschappelijke problemen je daar potentieel mee kunt oplossen.”

Maatschappelijke vragen

Levi wil de komende jaren onder andere gebruiken om interdisciplinair onderzoek te stimuleren. “Dat is de volgende stap om wetenschap nóg effectiever te maken en beter op de kaart te zetten. Het is onze taak om ook aan de maatschappij te laten zien dat wetenschap geen kostenpost is maar een investering in oplossingen. Wetenschap is het antwoord op bijna iedere maatschappelijke vraag.”

Tekst: Rob Buiter