Snel de juiste diagnose stellen bij een dreigend aneurysma is van levensbelang. Om de bestaande zorg in de hele keten verder te verbeteren voeren Dongelmans, Visser en collega’s een actieonderzoek uit met micro-experimenten. Een aanpak die vaak leidt tot snelle, praktische, goedkope en effectieve verbeteringen in de zorg.

Voldoende reden voor intensivist en onderzoeker Dave Dongelmans en implementatiedeskundige Annelies Visser om over dat onderwerp een onderzoeksvoorstel in te dienen binnen het programma ‘Actieonderzoek Innovatieve zorg’ bij ZonMw. Het onderzoek KETENKANS ‘Kan de samenwerking in de keten bij een dreigend aneurysma verbeterd worden?’ werd toegekend en inmiddels zijn ze al een eind op weg met hun onderzoek. Dongelmans: “We richten ons expliciet op de hele keten, dus vanaf de huisarts tot in het ziekenhuis. In die hele keten zitten veel cruciale momenten die – als je ze samen tegen het licht houdt – verbeterd kunnen worden. Door bijvoorbeeld de awareness bij de betrokkenen te vergroten met informatie en educatie, de organisatie net iets anders in te richten of door het overleg tussen bijvoorbeeld ambulancemedewerker en huisarts te verbeteren.”

Micro-experimenten

Als intensivist doet Dongelmans onderzoek naar manieren om de kwaliteit van zorg te verbeteren. Visser is gespecialiseerd om die verbeteringen ook zo snel en goed mogelijk in de praktische zorg geïmplementeerd te krijgen. De combinatie van hun expertise bundelden ze al eerder in onderzoek naar het afbouwen van antistolling bij patiënten die geopereerd moeten worden. Visser: “In dit soort actieonderzoek houden we samen met de betrokkenen uit de praktijk de barrières tegen het licht en ontwikkelen we verbeteringen, die we dan direct uitproberen en evalueren via micro-experimenten. Dat zijn snelle, praktische, goedkope en lokale veranderingen die niet groot en meeslepend zijn, maar vaak wel erg effectief en informatief. Deze vorm van onderzoek zijn we ook gaan gebruiken in de hele zorgketen die te maken heeft met het dreigend aneurysma. Van huisarts tot specialist en van triagist tot ambulancemedewerker.”

Ineens wordt het persoonlijk

Dongelmans illustreert het belang van het onderzoek met een dramatische ervaring in het onderzoeksteam zelf. Voor de eerste cyclus brengt een onderzoekster een aantal casussen in kaart die bij huisartsen hebben gespeeld. Hoe verliep het contact, welke symptomen werden genoemd door de patiënt, werd er goed uitgevraagd door de huisarts, op welke gronden werd er wel of niet doorverwezen; dat soort zaken. Ze beluisterde ook gespreksopnames van triagisten en bellers die aangaven dat een naaste niet lekker was, dat ze het niet vertrouwden. Vaak vage klachten waarmee je veel kanten op kunt. Maar juist daarom ook leerzaam, want hoe komt daar de besluitvorming tot stand?

Dongelmans: “We waren bijna een jaar bezig toen bij de onderzoekster gebeurde wat ze aan het onderzoeken was: haar man voelde zich niet goed. Op zo’n manier dat ze zelf dacht, het lijkt wel een aneurysma. Ze twijfelt even – denk ik aan een aneurysma omdat ik met het onderzoek bezig ben – maar vertrouwt het echt niet. Ze belt het alarmnummer 112 en geeft aan dat ze denkt dat het om een dreigend aneurysma gaat. In het ziekenhuis aangekomen – het is nacht – is het maken van een echo door omstandigheden wordt ingewikkeld, een radioloog was niet direct beschikbaar. Uiteindelijk overleeft haar man de eerste fase, maar zal hij op de intensive care overlijden.”

“Bizar,” zegt hij, “dat tijdens het onderzoek naar een dreigend aneurysma de man van een teamlid daaraan sterft. Dat heeft diepe sporen nagelaten in het hele team, maar het meeste nog bij haar natuurlijk. Uiteindelijk was het voor haar de reden om er nog harder mee aan de slag te gaan. Ze heeft de gebeurtenis zelfs als voorbeeld in het onderzoek ingebracht en er een podcast over gemaakt, die nu als les- en voorlichtingsmateriaal voor ambulancemedewerkers wordt gebruikt.” De podcast is ook meteen een goed voorbeeld van het actieonderzoek en de micro-experimenten. Zonder veel extra moeite is de podcast door ambulancemedewerkers te beluisteren tijdens een rustig moment. “Dat is vrij eenvoudig te implementeren en erg effectief in het vergroten van de awareness”, zegt Visser. Zo wordt ook steeds naar de context gekeken om te zien of iets werkt. “In de regio Groningen wordt bijvoorbeeld iets minder snel aangegeven dat iemand ernstige pijn heeft. Daar geldt als extra aandachtspunt: goed uitvragen!! Bij verdenking op dreigend aneurysma werd in de regio Nijmegen de echo al gebruikt, maar nu gebeurt dat nog sneller dan voorheen bij alle patiënten met de symptomen en risicofactoren uit de transmurale werkafspraak. Zoiets is vrij gemakkelijk te implementeren omdat het aansluit bij een bestaande werkwijze.”

Jaarlijks overlijden in Nederland 1400 mensen aan een gescheurd aneurysma van de lichaamsslagader. Ongeveer 8 tot 9 procent van de bevolking heeft een verwijding van de lichaamsslagader. De grootte kan sterk verschillen en ook bestaat er een enorm verschil in de snelheid waarmee het aneurysma ‘groeit’ en de kans op scheuren toeneemt.

Tekst: Pieter Lohman Fotografie: Marieke de Lorijn