Neuroloog en onderzoeksleider Jonathan Coutinho: ”Omdat patiënten niet meer regelmatig op controle hoeven bij de trombosedienst, verwachten we dat het tot aanpassingen zal leiden in de internationale behandelstandaarden. Ook denken we dat DOAC’s in de toekomst de standaardmedicatie gaan worden voor deze patiënten.”
Sinustrombose is een zeldzame en ernstige vorm van beroerte die vooral mensen onder de 50 jaar treft. Jaarlijks zijn er ongeveer 300 gevallen in Nederland, in driekwart daarvan gaat het om vrouwen. Bij de aandoening ontstaat een verstopping in de bloedvaten van de hersenen, wat kan leiden tot ernstige complicaties zoals hersenbloedingen. De meest voorkomende symptomen zijn ondraaglijke hoofdpijn, verlammingsverschijnselen en epileptische aanvallen.
Veiligheid en internationaal netwerk
In deze grootste internationale studie naar sinustrombose van de afgelopen 25 jaar vergeleken onderzoekers van Amsterdam UMC de bestaande behandeling met vitamine-K-antagonisten (VKA’s) met de nieuwe behandeling met orale anticoagulantia (DOAC's). In totaal werden de gegevens verzameld van 619 patiënten, afkomstig uit 23 landen over 5 continenten. Van deze 619 patiënten werd 65% behandeld met een DOAC en 35% met een VKA.
Voor het beoordelen van de veiligheid van de behandeling keken de onderzoekers naar het optreden van grote bloedingen. Dit is de belangrijkste bijwerking van bloedverdunners. Binnen zes maanden na de diagnose van sinustrombose kreeg 3% van de patiënten in zowel de DOAC- als de VKA-groep een nieuwe trombose of grote bloeding. Er is dus geen verschil in effectiviteit en veiligheid tussen DOAC's en VKA's.
Coutinho: “We hebben deze studie kunnen uitvoeren dankzij ons uitgebreide internationale netwerk. Dit soort onderzoeken zijn in de praktijk zeer moeilijk uitvoerbaar zeker na invoering van de privacywetgeving AVG (algemene verordening gegevensbescherming), maar dankzij vereende krachten is het ons gelukt.”
Beeld: Adobe Stock