Artsen kunnen ook in de laatste levensfase een belangrijke rol spelen voor patiënten. Dat stelt internist-oncoloog Lia van Zuylen in haar oratie ter gelegenheid van de aanvaarding van de Kuria Leerstoel Klinische Palliatieve zorg. Professionals moeten al tijdens hun opleiding leren welke vragen aanstaand sterven met zich meebrengt bij een patiënt.

Van Zuylen over de nieuwe leerstoel: “Patiënten zijn ermee geholpen dat alle vragen, ook die over de vooruitzichten van de ziekte en het te verwachten levenseinde, tijdig besproken worden. Het is belangrijk dat (toekomstige) professionals hiervoor uitgerust zijn. Nadenken over het levenseinde begint niet enkele dagen voor iemands overlijden. Al op het moment van diagnose of de keuze voor een behandeling is iemands levenseinde soms een onderwerp.”

Ook de wetenschappelijke vraag welk mechanisme in gang zet dat iemand gaat overlijden, is belangrijk: “Een collega zei onlangs: ‘We gaan al duizenden jaren dood, maar we weten zo weinig over het proces van sterven’.”

Met de aanvaarding van de Kuria Leerstoel wil Van Zuylen de eenheid van oncologische en palliatieve zorg versterken door de aandacht te vestigen op het voorbereiden van de patiënt en zijn naasten op beslissingen over behandeling en zorg, ofwel proactieve zorgplanning. Daarnaast wil zij door onderwijs aan artsen en verpleegkundigen hun bewustzijn over het belang van en hun kennis over palliatieve zorg verbeteren.

Verder hoopt zij door onderzoek naar biologische mechanismen van symptomen in de palliatieve fase, bij te dragen aan betere behandeling, het mogelijk voorkomen van deze symptomen en betere onderkenning van de stervensfase.

Bekijk hier de oratie.