Kun je reumaklachten tegengaan met een plantaardig dieet, bewegen en ontspanningsoefeningen? Reumatologie-hoogleraar Dirkjan van Schaardenburg zoekt dat uit bij mensen met reumatoïde artritis (RA) of met artrose (gewrichtsslijtage) in combinatie met het metabool syndroom. Hiervoor kreeg hij een ZonMw-subsidie van vijf ton.
Je doet dit onderzoek samen met het Amsterdamse expertisecentrum voor revalidatie en reumatologie Reade. Hoe ben je erop gekomen om te onderzoeken of een plantaardig dieet werkt tegen reuma en artrose?

“Door de patiënten zelf, die zijn dit gaan uitzoeken. Ze merkten dat ze hierdoor hun medicatie konden verlagen. Het gaat om een volwaardig plantaardig dieet: geen vlees, geen vis, zuivel en eieren. Het eten moet onbewerkt zijn. Dus geen eten uit pakjes en zakjes, geen taartjes met vet en suiker. "
"Reuma wordt gekenmerkt door ontstekingen in de gewrichten. Het dieet is anti-inflammatoir, dat wil zeggen: ons lichaam heeft een cyclus van voedselopname, gekoppeld aan opbouw van het lichaam en een ontstekingsreactie. Dit wisselt het lichaam af met een fase van rust en herstelprocessen waarbij ontsteking geremd wordt. Het idee is om de ‘piek’ van de ontstekingsreactie te dempen en het ‘dal’ van de rustfase te versterken door geen tussendoortjes te nemen.”

Naast het dieet kijk je ook naar andere leefstijlfactoren?

“We kijken naar nog drie gedragsfactoren die ontsteking bevorderen: stilzitten, stress en roken. Die gaan we verbeteren. Iedere deelnemer stelt persoonlijke doelen voor lichaamsbeweging, in lijn met de beweegrichtlijn. Stress mag, behalve als het heftig is of lang duurt. En rokers kunnen alleen meedoen als ze bereid zijn om voor tenminste de duur van de studie niet te roken. Door deze factoren aan te pakken, hopen we een beter en langdurig effect te bereiken.”

Hoe is de studie opgezet?

"De studie duurt vier maanden, en de deelnemers worden in twee groepen verdeeld. Degenen die de interventie loten, krijgen een persoonlijke intake met een diëtist en een fysiotherapeut. Er zijn tien bijeenkomsten waarbij ze in groepen werken aan hun leefstijl. We meten het verloop van hun ziekteactiviteit, en ook zaken als algemeen welbevinden, stemming, fitheid en kracht. Wie de controlegroep loot, gaat door als voorheen en mag na vier maanden alsnog aan het programma meedoen. Na die vier maanden volgen we de deelnemers nog twee jaar, waarbij we ze aanraden om het aangeleerde patroon zo veel mogelijk aan te houden. In die tweede fase, als het beter gaat, kan het waarschijnlijk geen kwaad om af en toe een vette vis of een stukje kip te eten. Ontspanning en plezier zijn ook erg belangrijk om het immuunsysteem rustig te houden, dus we willen geen mensen die krampachtig aan strenge regels vasthouden en dan van de stress die dat veroorzaakt een opvlamming krijgen.”

Werkt het ook, zijn hier aanwijzingen voor?

“Mensen met een plantaardig voedingspatroon leven langer en hebben minder chronische ziekten, dat is bekend. Onze behandeling is gebaseerd op eerdere studies die lieten zien dat een plantaardig dieet een gunstig effect heeft op de ziekteactiviteit bij reumatische artritis (RA) en op de pijn bij artrose. Van een studie uit 1998 bij hartpatiënten weten we dat de combinatie van vrijwel plantaardige voeding, ontspanningsoefeningen en lichamelijke activiteit leidt tot minder nieuwe hartaanvallen en dat vernauwingen in de kransslagaders – die ontstaan door ontstekingsreacties in de vaatwanden, red. – zelfs weer opengaan.”

Jullie kijken niet alleen of de ziekteverschijnselen verbeteren. Wat wil je nog meer te weten komen?

“We bestuderen het microbioom, de bacteriesamenstelling in de darmen, en doen een meting voor en na. Want er zijn aanwijzingen dat het microbioom ongunstig is veranderd bij RA en artrose. We willen weten of ons programma dit verbetert. Daarbij kijken we naar bepaalde soorten bacteriën die in verband worden gebracht met het ontstaan van RA, en naar de diversiteit van de bacteriepopulatie. Hoe meer soorten er in het microbioom zitten, hoe gunstiger het is voor je gezondheid. Bij een deel van de artrosepatiënten maken we MRI’s van de lever en de spieren om te zien of het vetgehalte en het soort vetten veranderen door de interventie. De aanwezigheid van veel vet in lever en spieren is namelijk gekoppeld aan chronische ontsteking via het zogeheten metabool syndroom.”

Heeft een verzekeraar ook oren naar het leefstijlprogramma dat jullie ontwikkelden?

Voor vierduizend euro krijgt een patiënt een intensief leefstijlprogramma. Uiteindelijk kan die patiënt toe met minder medicatie, dus dat is al winst. Ik verwacht wel dat er meer belangstelling komt. Patiënten hebben nu nogal eens last van bijwerkingen; ze zijn moe en duf door de medicatie. Mensen die meedoen met ons programma, voelen zich energieker en fitter als ze starten met plantaardige voeding. Dat zijn natuurlijk wel mensen die zich hiervoor hebben aangemeld omdat ze hier iets in zien. Hoe generaliseerbaar zijn hun ervaringen naar de bevolking? Maar er haken nauwelijks mensen af. Overigens zou leefstijl vooral in het onderwijs meer aandacht moeten krijgen, dat is echt nog een manco. En er is ongemak bij artsen, ze weten niet voldoende. Farmacotherapie krijgt nog altijd vrijwel alle aandacht. Voor een betere kennisbalans zouden dokters meer naar leefstijlgeneeskunde moeten kijken. Gezond leven heeft in alle specialismen impact op chronische ziekten.”

Tekst: Daniëla Cohen
Foto: Mark Horn

Dit artikel is verschenen in de laatste editie van ons populair-wetenschappelijke tijdschrift Janus.