In Nieuw-Zeeland investeert de regering extra in de eerste 5 levensjaren van een kind, om de jeugd een goede start te geven. In Wales zijn gemeenten en scholen verplicht om hun plannen af te stemmen op de effecten op lange termijn. Het zijn twee inspirerende voorbeelden die 19 juni voorbijkwamen op de internationale rondetafelbijeenkomst in Amsterdam UMC over de vraag hoe beleidsmakers beter rekening kunnen houden met de belangen van toekomstige generaties. De volgende stap: uitzoeken hoe dit meer gecoördineerd kan. “De bijeenkomst was heel bijzonder en nuttig”, aldus organisator Tessa Roseboom, Future Generations Commisioner bij Amsterdam UMC.

Een aansprekend voorbeeld van langetermijnbeleid in de gezondheidszorg werd tijdens de ronde tafel gegeven door Peter Gluckman, president van de International Science Council en voormalig wetenschappelijk adviseur van de premier van Nieuw-Zeeland. “We hebben heel betrouwbare data die laten zien dat wat er in de eerste 1000 dagen van het leven gebeurt, tussen de 50 en 80 procent van de kosten bepaalt die op latere leeftijd gemaakt worden.” Daarom heeft de Nieuw-Zeelandse regering besloten om extra te investeren in de eerste 5 levensjaren van kinderen, om ze een goede start te geven.

Lange en korte termijn

Het voorbeeld uit Nieuw-Zeeland sluit direct aan bij het project Kansrijke start van het ministerie van VWS, dat is opgezet naar aanleiding van het 1000 dagen-project van Tessa Roseboom. Het thema past ook goed in de meerjarenstrategie van Amsterdam UMC 'A healthy future for all'.
Gluckman over het Nieuw-Zeelandse succes: “Om politici en beleidsmakers te overtuigen van het belang van de lange termijn, is het de moeite waard om ze te wijzen op de winst die daar ook op korte termijn mee te behalen is.”

Handen en voeten

Dit soort nationale en internationale projecten zijn volgens Roseboom nog te veel de uitzondering: bij het maken van beleid wordt meestal weinig rekening gehouden met toekomstige generaties. Precies dát is waar de Amsterdam UMC-onderzoeker al jaren op hamert. Behalve hoogleraar Vroege ontwikkeling en gezondheid in Amsterdam UMC is Roseboom ook de eerste Future Generations Commissioner bij Amsterdam UMC. Vorig jaar was ze in New York toen op de Summit of the Future de ‘UN Declaration for Future Generations’ werd getekend. Woensdag 25 juni was ze opnieuw te gast bij de VN: om toe te lichten hoe aan die verklaring handen en voeten kan worden gegeven.

Toekomst verankerd in de wet

In Wales heeft het denken aan toekomstige generaties al een stevige plek veroverd, vertelde Sophie Howe, de eerste Future Generations Commissioner in de wereld, tijdens de rondetafelbijeenkomst. Sinds 2015 is in Wales de ‘Wet op het Welzijn van Toekomstige Generaties’ van kracht. “Alle publieke instellingen”, aldus Howe, “van de regering tot gemeentes, gezondheidsdiensten en scholen zijn wettelijk verplicht hun plannen in overeenstemming te brengen met de langetermijndoelen die in deze wet staan omschreven. En elke overheidsinstelling moet aantonen hoe haar beleid rekening houdt met toekomstige effecten.”

(v.l.n.r.) Sophie Howe, Tessa Roseboom en Peter Gluckman tijdens de rondetafelbijeenkomst over toekomstige generaties. Fotograaf: Martijn Gijsbertsen
(v.l.n.r.) Sophie Howe, Tessa Roseboom en Peter Gluckman tijdens de rondetafelbijeenkomst over toekomstige generaties. Fotograaf: Martijn Gijsbertsen

Gecoördineerd

Om dit soort inspirerende voorbeelden was het tijdens de ronde tafel te doen. Roseboom had daarom een internationaal gezelschap uitgenodigd: beleidsmakers, wetenschappers, topambtenaren en (ex)politici die uitwisselden hoe de toekomstige generatie een volwassen plek kunnen krijgen in politiek en beleid. “Het was een bijzondere bijeenkomst”, stelt Roseboom, “De meeste deelnemers hadden elkaar nog nooit gesproken, terwijl we allemaal vanuit onze eigen organisaties werken aan hetzelfde doel.” Conclusie: “Iedereen hier aan tafel wil werken aan een gezondere toekomst en aan de belangen van toekomstige generaties, maar we doen het allemaal op onze eigen manier. Dat moet meer gecoördineerd. Hoe dat moet, dat gaan we uitzoeken. Dit is zeker een goed startpunt van een heleboel nieuwe gesprekken over dat langetermijnbeleid, over hoe we zorgen voor gezondheid van toekomstige generaties en hoe we gezamenlijk verder komen.”

Nieuwsgierige jonge kinderen

In de Nederlandse politiek staat de lange termijn nog niet altijd voorop. Eerste Kamerlid Saskia Kluit (GroenLinks): “Veel beleid is nog steeds gericht op economische groei en niet op langetermijn welzijn.” Dat inzicht vormt een contrast met de plafondschildering die in de Eerste Kamer te zien is: 6 jonge kinderen die nieuwsgierig naar beneden kijken, naar de Kamerleden, hoe zij beleid maken: de toekomst van deze kinderen vormgeven. “Dat herinnert ons eraan te blijven denken aan wat na ons komt.”

Foto bovenaan: Shutterstock