“Zorgmedewerkers hebben vaak te maken met stressvolle en emotionele situaties in de patiëntenzorg. Je kunt daarbij denken aan menselijk lijden en bijvoorbeeld de druk die patiënten of hun dierbaren op hen uitoefenen. Daar komt de steeds hogere werkdruk bij, met soms langere werktijden vanwege het tekort aan zorgpersoneel", aldus Sietske Tamminga. Tamminga is universitair docent volksgezondheid en arbeidsgezondheidszorg aan Amsterdam UMC en leider van dit onderzoek.
11.119 zorgmedewerkers
Het nu gepubliceerde Cochrane-rapport is ontstaan uit een samenwerking van onafhankelijke, internationale experts. De onderzoekers analyseerden 117 studies, gepubliceerd in de afgelopen tien jaar, over effecten van verschillende methodes om stress te verlichten. In totaal werden 11.119 zorgmedewerkers wereldwijd gerandomiseerd naar verschillende stressverlichtende interventies. De mate van stress werd beoordeeld met behulp van vragenlijsten. De stresssymptomen werden op verschillende periodes gemeten: de korte termijn (tot drie maanden na het einde van een interventie), de middellange termijn (tussen drie en 12 maanden na de interventie) en de lange termijn (ruim een jaar na de interventie). Het doel was om te kijken welke interventies het beste resultaat leverden om stress te verminderen.
Lichamelijke en mentale klachten
De zorgmedewerkers die meededen aan de studies gaven aan lage tot matige niveaus van stress te ervaren, en hadden daardoor lichamelijke klachten zoals hoofdpijn, spierspanning of pijn. Ook mentale klachten werden gemeld zoals depressie, angst, een verminderde concentratie en emotionele en relatieproblemen.
Er is al een tekort aan zorgmedewerkers, mede door het hoge verloop van personeel. Een effectieve aanpak om stress en burn-out aan te pakken kan helpen om dit te verminderen
Er waren methodes om de aandacht op de gevoelde stress te richten, zoals cognitieve gedragstraining, training op assertiviteit, coping en communicatieve vaardigheden. Daarnaast werden ook interventies ingezet die de aandacht juist van de stress weg moesten leiden. Bijvoorbeeld door ontspanningsoefeningen, mindfulness, meditatie, yoga, tai chi, massage, acupunctuur en het spelen van of luisteren naar muziek. Tamminga: "We ontdekten dat ze allemaal gunstig kunnen zijn voor de zorgmedewerkers zelf en dat het positieve resultaat daarbij kan overslaan naar hun patiënten en collega's en dus ook naar de organisaties waarvoor ze werken.”
Meer onderzoek nodig
Tamminga zegt dat het gunstige effect tot een jaar na de interventie kan aanhouden. Bovendien kan een combinatie van stressverlichtende activiteiten nuttig zijn, althans op korte termijn. “Ik raad werkgevers aan om verschillende stressverlichtende activiteiten voor hun werknemers te faciliteren.“ De langetermijneffecten zijn vooralsnog niet bekend. Tamminga pleit daarom voor meer onderzoek: “We hebben meer studies nodig over interventies die werkgerelateerde stress aanpakken, ook om langetermijneffecten vast te stellen. Er moet zowel op individueel als op organisatorisch niveau verder onderzoek gedaan worden. Het is misschien verstandiger om arbeidsomstandigheden te verbeteren, in plaats van alleen individuen te helpen beter om te gaan met de zware psychosociale lasten van het werken in de gezondheidszorg. Stress is onvermijdelijk in de zorg, maar werkgevers kunnen wel aan de slag om onderbezetting en overwerk zoveel mogelijk te voorkomen.”
Beeld: Shutterstock