Vrouwspecifieke aandoeningen, vaak afgedaan als normale bijverschijnselen van het vrouw-zijn, blijken een diepgaande invloed te hebben op het dagelijks leven van vrouwen en op onze maatschappij. Dat is de conclusie van het rapport ‘Maatschappelijke acceptatie van vrouwspecifieke aandoeningen’ dat afgelopen week verscheen, een initiatief van de NVOG en WOMEN Inc. “Het is een serieus probleem dat vraagt om een serieuze oplossing", aldus Judith Huirne, hoogleraar Benigne gynaecologie aan Amsterdam UMC, en betrokken bij het rapport.

De resultaten van de eerste fase van het gerelateerde project ‘Maatschappelijke acceptatie vrouwspecifieke aandoeningen’ onthullen dat het diepgewortelde taboe rondom de aandoeningen heeft geleid tot een tekort aan kennis, zowel bij vrouwen als bij zorgverleners. Het rapport schetst tevens de impact op de maatschappij, waar jaarlijks miljarden aan zorgkosten en ziekteverzuimkosten worden gemaakt.

Essentiële beroepen

Het beïnvloedt ook de kansen voor vrouwen zelf, vertelt gynaecoloog Judith Huirne, hoogleraar Benigne (goedaardige) gynaecologie in Amsterdam UMC en voorzitter van de Koepel Wetenschap van de NVOG (Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie): “Veel van de gynaecologische klachten zorgen ervoor dat vrouwen hun school of werk activiteiten niet goed kunnen uitvoeren, dit belemmert de carrièrekansen van de vrouw en maakt de man-vrouw verschillen groter. Daarnaast is het zo dat veel vrouwen werkzaam zijn in essentiële beroepen zoals het onderwijs of de zorg. Als zij hun werk niet kunnen doen, draagt dat bij aan de huidige capaciteitsproblemen. Deze bevindingen benadrukken de dringende noodzaak om deze aandoeningen serieus te nemen en adequaat aan te pakken.”

Taboes doorbroken

Ook hoogleraar Christianne de Groot, hoofd van de afdeling Verloskunde en gynaecologie bij Amsterdam UMC en voorzitter van de NVOG onderstreept het belang van het project: “Als NVOG staan we voor de beste zorg van vrouwen in al haar levensfasen en blijven we constant werken aan het verbeteringen van de gezondheidszorg voor vrouwen. Dit project schijnt licht op een lang onbesproken onderwerp, de taboes die door dit project doorbroken worden zijn essentieel voor de kwaliteit van leven van de vrouw en onze maatschappij.”

Hoe nu verder?

Nu de kennislacunes in kaart zijn gebracht kunnen er plannen worden gemaakt en gaat Fase 2 van het project van start. Hierbij worden belangrijkste agendapunten opgesteld van de drie aandoeningen met de grootste impact: bekkenbodemproblemen, menstruatiecyclus gerelateerde problemen (inclusief cyclus gebonden buikpijn) en hormoongerelateerde aandoeningen. “Onmisbaar in deze fase van het onderzoek en voor verdere vooruitgang is ook dat de kennis die al beschikbaar is, goed gedeeld en verspreid wordt” aldus Astrid Vollebregt, gynaecoloog in het Spaarne Gasthuis en voorzitter van het NVOG-project.Tegelijkertijd wordt gepleit voor structurele financiering en de ontwikkeling van een nationaal gezondheidsplan voor vrouwenzorg. Judith Huirne: “Tot slot is het belangrijk dat we ook een maatschappelijke agenda opstellen om dit onderwerp breed op de kaart te zetten. Daarin speelt de politiek een grote rol. De huidige minister heeft zich al uitgesproken als ambassadeur voor vrouwspecifieke aandoeningen, maar ook na de kabinetswissel is blijvende aandacht noodzakelijk.”

Meer onderzoek

Huirne pleit al 15 jaar voor meer onderzoek naar vrouwspecifieke aandoeningen en benadrukt de noodzaak van een nationaal gezondheidsplan, maar ook voor blijvende academische inbedding van de zorg. “Het is een serieus probleem dat vraagt om een serieuze oplossing," zegt ze. Het rapport, mogelijk gemaakt door subsidie van ZonMw, heeft de weg vrijgemaakt voor een gestructureerde aanpak om de gezondheidszorg voor vrouwen te verbeteren en een langdurige strategie te ontwikkelen.

Dit is een verkorte versie van een bericht van de NVOG. Lees het volledige bericht en het rapport op Impact vrouwspecifieke aandoeningen groter dan verwacht – NVOG.

Fotografie: Amsterdam UMC