Reinoud Knops: “Deze primeur in Europa is een belangrijke stap voorwaarts in de zorg voor patiënten die een pacemaker nodig hebben. Eerder toonden we in een groot internationaal onderzoek en publicatie in New England Journal of Medicine al aan dat de draadloze pacemaker in meer dan 97% van de patiënten succesvol geïmplanteerd kon worden. Nu de CE-goedkeuring van de Europese Unie er is, is het mogelijk om dit systeem ook in de dagelijkse patiëntenzorg toe te passen. Daarmee horen complicaties die geregeld optreden bij traditionele pacemakers hopelijk snel tot het verleden. Op dit moment krijgt namelijk 1 op de 10 patiënten complicaties vanwege de draden die door de bloedbaan lopen, bijvoorbeeld door een verstopping van bloedvaten of een bloedinfectie. De draadloze pacemaker wordt ingebracht via de lies. Patiënten hebben dus ook geen litteken meer op hun borst.”
Behoeften van de patiënt
Het is mogelijk om bij patiënten maar één van de twee delen van de dubbele draadloze pacemaker te implanteren, als er maar één deel nodig blijkt te zijn. Het andere deel kan er altijd later bij worden geplaatst als dat op termijn nodig blijkt. Dit biedt flexibiliteit en aanpasbaarheid aan de veranderende behoeften van de patiënt. Louise Olde Nordkamp: “We zijn verheugd over de succesvolle implantatie van deze geavanceerde technologie. Het gaat goed met de patiënt en we zien deze operatie als een belangrijke vooruitgang in de behandeling van vele volgende hartpatiënten.”
Zo groot als vitaminepil
Pacemakers zijn al jaren een essentiële behandeling voor patiënten met een te traag hartritme. Traditionele pacemakers bestaan uit een onderhuids geplaatst kastje onder het sleutelbeen met een draad die door een ader met het hart verbonden is. Maar deze draden zijn kwetsbaar en kunnen breken, losraken van het hart of geïnfecteerd raken. Dit kan ertoe leiden dat patiënten terug moeten naar het ziekenhuis voor nog een operatie. Om die reden is 10 jaar geleden een minipacemaker zonder kastje of draden ontwikkeld, die zo groot is als een vitaminepil. Amsterdam UMC is vanaf het begin betrokken geweest bij de toepassing bij patiënten en doet onderzoek naar de effectiviteit en veiligheid ervan.
Foto: Amsterdam UMC